Tijdens de gilde tijd werd op het zilver gemaakt in Leiden een stadskeur afgeslagen. Dit was het stadswapen van Leiden, een schild met twee gekruiste sleutels. Het wapen verwijst naar Sint Pieter, de schutspatroon van de stad en naamgever van de voornaamste kerk, de Pieterskerk. Petrus zou van Jeus de sleutels van de hemel hebben gekregen en was daarmee de grondlegger van het pausdom. De sleutels komen dan ook voor in het wapenschild van het Vaticaan.
De vroegst bekende goud- en zilversmeden uit Leiden dateren uit de tweede helft van de 14e eeuw. In Leiden werd ook de ordonnantie gevolgd en vanaf 1502 werd elk stuk zilverwerk gemerkt met het stadswapen, een jaarletter en een meesterteken. Deze manier van keuren werd ze opgelegd door Hertog Filips de Schone. De vorm van de jaarletters, leeuwen en sleutels werd gegeven veranderde vaak omdat de stempels sleten of kapot gingen.
Twee verschillende manieren van keuren, groot keur het stadskeur in een schild en het stadkeur met 1 sleutel en de jaarletter eraan vast. Beide gebruikt voor 1807.
Voor meer informatie over zilverkeuren kunt u terecht in onze zilverkeuren database
Lees in ons blog: Leiden - niet alleen "sleutelstad" maar ook 'zilverstad'
