Als Christa Ehrlich als zeventien jarig meisje een tentoonstelling bezoekt van ontwerper en architect Josef Hoffmann besluit ze voor een creatieve opleiding te kiezen. In 1921 begint ze aan haar opleiding aan de beroemde Weense kunstnijverheidsacademie, de kunstgewerbeschule, de Wiener Werkstätte. Ze volgt er verschillende vakken zoals keramiek, ornamentiek en modeltekenen maar ze geniet het meest van de architectuurlessen van Josef Hoffmann.
In 1925 wordt in Parijs de wereldtentoonstelling georganiseerd voor moderne kunstnijverheid en industrie. Deze 'Exposition internationale des arts décoratifs et industriels modernes' wordt de naam van een nieuwe stijl de Art Deco. Oostenrijk is aanwezig met een groot en spraakmakend paviljoen van Josef Hoffmann. De grote opvallende vitrines in de grote galerij zijn voor een groot deel gevuld met objecten van de Wiener Werkstätte. De vitrines zijn in rood/wit beschilderd door Christa Ehrlich.
In 1927 is Christa Ehrlich de bouwleider van de Oostenrijkse delegatie in Leipzig van een tentoonstelling over de stand van zaken in de Europese kunstnijverheid in het Grassimuseum. Tijdens de opbouwperiode ontmoet ze Carel Begeer die de leider is van de Nederlandse delegatie, er bloeit een romance tussen de twee op. Na de tentoonstelling blijven ze contact houden en in 1927 nodig Carel Begeer, Christa Ehrlich uit om naar Nederland te komen en samen te gaan werken.
Zo komt Christa Ehrlich (1903-1995) in 1927 op 24 jarige leeftijd als jonge beeldende kunstenares, naar Nederland om nooit meer weg te gaan. Carel Begeer bewondert haar stijl en heeft Christa Ehrlich gevraagd om voor hem te komen werken. Christa Ehrlich verblijft een tijd op het landgoed 'Berbice', dat Begeer inmiddels van Jan van Kempen senior heeft overgenomen. In opdracht van Begeer ontwikkelt Christa Ehrlich vanaf deze tijd in haar strakke, minimalistische, geometrische stijl voor De Zilverfabriek. Begeer wil het moderne zilver van de Zilverfabriek zo naar een hoger niveau tillen.
In de jaren 20 is het bijzonder dat een vrouw op een creative functie in een bedrijf werkt, bij de Nederlandse zilverfabrieken werken tot die tijd voornamelijk mannelijke ontwerpers. De Wiener Werkstätte, waar Christa Ehrlich haar opleiding heeft gehad was een vrouwvriendelijke academie.
Al in het najaar van 1927 is Christa Ehrlich eerste zilverwerk te zien op een tentoonstelling.
In 1928 presenteert De Zilverfabriek Christa Ehrlichs eerste zilveren cilinderontwerpen. Zilveren cilinders getrokken door de nieuwe druktrekpers gecombineerd met knopjes, greepjes, tuiten en deksels.
Volgens een strakke, vaste grondvorm ontwerpt Christa Ehrlich gladde, meetkundige bestekken, serviezen, komen, schalen en vazen. Deze onderscheiden zicht door hun sierlijke welvingen, spitse hoeken en het sfeervolle spel van licht en schaduw.
Model 1064 is een zilver bestekmodel wat door haar is ontworpen en nog steeds heel modern aandoet, een sterk ontwerp!
Een oude verkoopcatalogus van Model 1064 naar ontwerp van Christa Ehrlich.
Bijzonder zilver schepwerk naar ontwerp van Christa Ehrlich, oude verkoopcatalogus, collectie Zilver.nl
Christa Ehrlich ontwierp voor De Zilverfabriek tafelzilver en moderne tafelaankleding. Er ontstaat een 'strijd' tussen de ontwerpen van Gustav Beran werkzaam bij Gerritsen & van Kempen en Christa Ehrlich bij De Zilverfabriek. Dat leidt in 1937 tot een apotheose op de wereldtentoonstelling 'Exposition des Art et des Techniques' in Parijs.
Daar wordt het ingezonden zilverwerk van Christa Ehrlich en Gustav Beran hooglijk gewaardeerd. Maar omdat Carel Begeer, die naast zijn directeurschap bij 'Van Kempen, Begeer & Vos' tal van bestuurlijke functies bekleedt, deelneemt aan de jury komt het werk van Christa Ehrlich niet voor een prijs in aanmerking. De prijzen gaan dan naar Gustav Beran.
De concurrentie tussen de twee grootste zilverfabrieken van Nederland heeft beide tot grote hoogte gedreven. Het is, naar onze bescheiden mening, één van de mooiste periodes in de late Nederlandse zilvergeschiedenis.
Het zilverwerk en tafelzilver van Christa Ehrlich is nog steeds geliefd en wordt veel verzameld.
Christa Ehrlich was één van de weinige ontwerpers van zilverwerk met een eigen ontwerpsteken wat bij geslagen werd naast de 'normale' zilverkeuren. Christa Ehrlich liet dit recht in 1927 contractueel vastleggen.
Het ontwerpteken van Christa Ehrlich
Christa Ehrlich heeft ook een aantal patronen voor opengewerkt schepwerk ontworpen. Klanten konden zelf kiezen welk steel ze onder de opengewerkte bak wilden. Hierdoor is er in bijna alle bestekmodellen wel een schep te vinden met het uitgezaagde bloem- en bladpatroon van Christa Ehrlich. Met deze bloempatronen ook op corpuswerk toont Christa Ehrlich zich een echte vertegenwoordigster van de decoratieve Weense stijl.
Deze afbeelding met het signatuur van Christa Ehrlich in de rechterhoek stond in het decembernummer 842 van de Haagse Post. De sieraden zijn helaas nooit gemaakt. Lees verder in het Blog Over edelsteenen, ook de patronen langs de randen van de geboortestenen zijn ontworpen door Christa Ehrlich. Zie foto hieronder.
Bekijk ook:
Het zilver bestek model 1064 van Christa Ehrlich
Lees ook in ons blog: